De Tortricini is een stam binnen de onderfamilie Tortricinae die onder de familie bladrollers (Tortricidae) valt. De ongeveer 400 leden verdeeld over 10 geslachten komen voornamelijk uit de koudere delen van het Noordelijk halfrond en Oosterse landen. Binnen deze stam komen in Europa voornamelijk de geslachten Acleris, Aleimna en Tortrix voor. De vrouwtjes leggen hun eieren afzonderlijk en de larven rollen de bladeren op. Een van de kenmerkende eigenschappen van de groep is een aangepast complex van de zaad- en anale kanaal bij het mannetje.
Stam: Tortricini
Geslacht: Acleris
Witschouderbladroller – 2017 (NL)
(NCBI-index: 572803)
De witschouderbladroller (Acleris variegana) is een gemakkelijk te herkennen bladroller. In rusthouding is een duidelijke witte vlek te zien met in het midden een donkere ronde vlek. Vandaar de naam “witschouder”. De rest van de vleugel is donkerbruin of grijs. De vliegtijd is van juli tot september en de spanwijdte bedraagt 14-18 mm. De larven voeden zich in een opgevouwen blad of in bijelkaar gesponnen bladeren. Waardplant: meidoorn, sleedoorn, peer, roos, hazelaar, iep. Engelse benaming: Garden Rose Tortrix. Friese benaming: –
Vliegperiode:

Stam: Tortricini
Geslacht: Acleris
Lichte boogbladroller – 2018 (FR)
(NCBI-index: 758707)
De lichte boogbladroller (Acleris ferrugana) is bijna niet te onderscheiden van de oranje boogbladroller (Acleris notana). Het beste zou dit te doen zijn via genitaliënonderzoek. Ik ben dan ook niet geheel zeker of ik de juiste keus heb gemaakt. De voorvleugel is geelbruin tot donker roodachtig bruin met variabele zwarte vlekjes. Bij de voorrand zit een driehoek vormige vaalbruine band waarbij de punt tot halverwege de vleugel uitsteekt. Bij de oranje boogbladroller is deze donkere band geheel glad terwijl bij de lichte boogbladroller aan beide zijden van de driehoek een inkeping zit. Vlakbij de punt zitten zwarte met enkele zilvergrijze vlekjes. Op 1/3 vanuit de wortelbasis is een duidelijke zwarte punt te zien. De vliegperiode is in twee generaties, één van juli tot half augustus en één van september tot mei waarbij de volwassen exemplaren overwinteren. De spanwijdte bedraagt 14-18 mm en de larven voeden zich in het spinsel tussen bladeren. Waardplant: eik, haagbeuk, berk, wilg. Engelse benaming: Rusty Oak Button. Friese benaming: –
Vliegperiode:

Stam: Tortricini
Geslacht: Acleris
Rode driehoekbladroller – 2020 (NL)
(NCBI-index: 572802)
Eén van de Acleris-soorten die vrij gemakkelijk te herkennen is, is de rode driehoekbladroller (Acleris holmiana). De voorvleugel is geelbruin waarbij de wortel en de vleugelpunt lichter van kleur zijn. Vooral de witte driehoekige vlek halverwege de voorrand maken het uniek om deze soort te herkennen. De vliegperiode is in één periode van juni tot begin september en de spanwijdte bedraagt 10-15 mm. De larven voeden zich tussen twee bij elkaar gesponnen bladeren. Waardplant: meidoorn, appel, peer, roos. Engelse benaming: Golden Leafroller Moth. Friese benaming: –
Vliegperiode:

Stam: Tortricini
Geslacht: Acleris
Kleine boogbladroller – 2023 (NL)
(NCBI-index: 572801)
Een bladroller die redelijk makkelijk te herkennen is vanwege zijn kleur en patroon van bruine lijnen is de kleine boogblaroller (Acleris forsskaleana). De voorvleugel is geel met een netwerk van roodbruine lijnen. Halverwege de voorvleugel loopt een opvallend donker grijsbruine lijn die dwars over de vleugel loopt. Deze in het midden gehoekte dwarslijn kan in intensiteit en breedte behoorlijk verschillen waarbij in het midden soms een donkergrijze vlek aanwezig is. Langs de achterrand loopt een bredere donker grijsbruine lijn. De vliegperiode is in één generatie van juni tot half september en de spanwijdte bedraagt 12-17 mm. Waardplant: spaanse aak. Engelse benaming: Maple Button. Friese benaming: –
Vliegperiode:

Stam: Tortricini
Geslacht: Acleris
Gouden boogbladroller – 2025 (NL)
(NCBI-index: 763074)
Een soort welke goed te herkennen is en veel voorkomt in tuinen en heggen is de gouden boogbladroller (Acleris bergmanniana). De kop en het lijf zijn geel net als de basis kleur van de voorvleugel. De voorvleugel is met name in het buitenste 2/3 deel oranje gespikkeld met daarbij blauwgrijze markeringen die donkerbruin begrenst zijn. Deze markeringen die als dwarsbanden op 1/3 en net voorbij de helft vanaf de voorrand tot halverwege de vleugel naar binnen lopen, zijn langs de voorrand en achterrand erg prominent aanwezig. Het komt wel voor dat de blauwgrijze kleur ontbreekt, maar de markeringen blijven qua structuur hetzelfde. De vliegperiode is één generatie van juni tot vroeg in augustus en de spanwijdte bedraagt 10-14 mm. De larven groeien en gesponnen bladeren en scheuten. Waardplant: roos. Engelse benaming: Yellow Rose Tortrix. Friese benaming: –
Vliegperiode:

Stam: Tortricini
Geslacht: Aleimma
Zonnesproetbladroller – 2019 (NL)
(NCBI-index: 758720)
Op een zomeravond kwam ik de zonnesproetbladroller (Aleimma loeflingiana) tegen langs een voetpad op wat onkruid. Deze bladroller doet zijn naam wel eer aan. Genietend van de laatste zonnestralen die vallen op zijn geelbruine voorvleugel waar vele kleine donkerbruine vlekje te zien zijn, als het ware zonnesproeten. De variatie in tekening is zeer groot. Meestal zit bij de voorrand op 1/3 en halverwege wel een donkere markering en hebben de franjes een brede bruine basislijn. De vliegperiode is in één generatie van juni tot in augustus en de spanwijdte bedraagt 14-19 mm. De larven kun je aantreffen in een opgerold blad. Waardplant: eik, esdoorn. Engelse benaming: Yellow Oak Button. Friese benaming: –
Vliegperiode:

Stam: Tortricini
Geslacht: Tortrix
Groene eikenbladroller – 2018 (NL)
(NCBI-index: 311328)
De groene eikenbladroller (Tortrix viridana) wordt soms verward met de kleine groenuil. Er is wel een duidelijk verschil. Deze bladroller heeft zijn vleugels in ruststand vlak terwijl de kleine groenuil ze in een dakvorm heeft in rusthouding. De voorvleugel is lichtgroen met een licht wit vlekkerig uiterlijk. De voorrand laat een hele dunnen gele lijn zien. De mannetjes zijn net iets kleiner dan de vrouwtjes. De vliegperiode is van mei tot in juli in één generatie en de spanwijdte bedraagt 18-23 mm. De larven kunnen in opgerolde of gevouwen bladeren gevonden worden. Waardplant: eik. Engelse benaming: Green Oak Tortrix. Friese benaming: –
Vliegperiode:





















